In de bergen.

8 januari 2020 - Nyaungshwe, Myanmar

 Dag 8 Maandag 6 januari

Hoge berg op achetrgrond is Mount Popa, 1500 m. hoog

We worden al heel vroeg opgehaald door onze chauffeur die ons vandaag naar het stadje Kalaw hoog in de bergen zal brengen. Voor wie een auto zou willen huren om zelf te rijden in Myanmar: dat zal niet lukken want het is niet toegestaan aan buitenlanders om hier te rijden, behalve als je hier zou wonen. Een chauffeur dus, zijn naam is Sammie maar hij spreekt amper Engels zodat er tijdens de reis niet veel gesproken wordt. Dat vinden wij ook niet zo heel erg na alle informatie die we afgelopen week over ons heen hebben gekregen.
Bij Mount Popa maken we uiteraard een stop, we zien van een afstand een vreemde rechte rots, het gaat om de ‘heilige berg’ waar men op bedevaart naar toe komt. Ruim 700 meter recht omhoog, het is eigenlijk een zuil van verhard lava. 
Rondom deze berg wonen de Nat (spreek uit: Net), de geesten waar gids Soe ons eergisteren over vertelde. Birmanen zijn natuurlijk boeddhistisch maar daarnaast zijn er ook nog heel veel mensen die het animisme aanhangen waarbij geesten de hoofdrol spelen. Ze komen dus van heinde en verre om hier de Nat te vereren en dat ze daarvoor meer dan 750 treden steil omhoog moeten klimmen nemen ze op de koop toe. Ook nu weer in hun mooiste jurken en bloemen in de hand stappen ze vrolijk naar boven. En voor ik het weet word ik meegetrokken door een groepje  vrouwen, ze zijn zo aanstekelijk enthousiast , ik moet echt met ze meelopen of ik wil of niet.
Het is afzien, volgens onze stappenteller hebben we 62 verdiepingen geklommen maar het uitzicht bovenop is wel heel mooi. Overal staan beeldengroepen met Nat, het doet voor ons erg kitscherig aan en kunnen daar totaal geen gevoel bij krijgen maar voor de lokale bezoekers betekent het heel veel en dat is dan wel weer mooi om te zien. Ook hier weer alles op blote voeten en elk deel van de trap wordt door een schoonmaker gedweild en geveegd, wij vragen ons af of het er echt wel schoner op wordt....Eerlijk gezegd krijgen wij hier toch wel een beetje het ‘India’gevoel, het is best wel vies allemaal en we zijn blij dat we ons straks in een schoon hotel kunnen douchen en schoon schrobben!
De rit duurt lang naar Kalaw, het is niet zozeer de afstand maar de conditie van de weg, er moet af en toe tol betaald worden maar dan is het nog steeds een 1-baansweg zonder middenstreep. En als we in de bergen komen is het grootste deel van het traject ook nog onder constructie, overal wordt de weg verbeterd en verbreed. We verbazen ons trouwens erover dat de meeste wegwerkers hier......vrouwen zijn. Met manden slepen ze grote stenen heen en weer die ze op de teer moeten plaatsen. Daarover heen komt dan de wals. 
Tegen 16.00 komen we in Kalaw aan, tijdens de Britse tijd een geliefd oord hoog in de bergen (1300 m.) omdat het hier heerlijk koel is. Er staan nog behoorlijk wat koloniale huizen die aan die tijd herinneren. Verder is deze stad de uitvalsbasis voor vele trekkings, o.a. naar het Inle Lake. Wij gaan dat traject morgen gewoon per auto doen! 

Dag 9 Dinsdag 7 januari

Een overweldigende entree!

Na een behoorlijk frisse nacht ( slechts 8 graden buiten en dat zonder verwarming in het hotel) zijn we blij dat de zon al weer vroeg uitbundig ons raam binnenvalt zodat we snel opgewarmd worden. Op ruim 1300 meter hoogte zijn de ochtenden en avonden behoorlijk kil hier in Kalaw. 
Onze chauffeur van vandaag heet Toe Toe en we weten inmiddels dat dat betekent dat hij op een zondag is geboren, net als onze gids Soe van Bagan. Hier in Myanmar geeft men hun kinderen namen naar de dag waarop ze geboren zijn en Soe of Toe komen dus van dezelfde dag! 
De rit is niet zo lang naar de bezienswaardigheid van vandaag: de grotten van Pindaya waar meer dan 8000 Boeddhabeelden zijn geplaatst. Deze zijn allemaal cadeau gedaan aan de grot en jaarlijks komen er nog steeds bij, de namen en land van afkomst staan keurig op een bordje bij het beeld vermeld. Het is verbazingwekkend uit hoeveel landen er geschonken wordt, werkelijk van over de hele wereld.
Uiteraard ligt de entree weer boven op een heuvel alhoewel die gelukkig niet zo hoog is als die van gisteren. En eerlijk is eerlijk, vandaag smokkelen we behoorlijk. Toetoe zet ons halverwege de heuvel af van waaraf we nog een aantal treden via een zeer steile trap moeten lopen. Maar tot onze blijdschap is er hier ook een superdeluxe lift aanwezig waar wij dankbaar gebruik van maken zodat het uiteindelijk om nog maar een paar treetjes gaat.
Van een gids hebben we eerder gehoord dat van heel veel Boeddhabeelden de knieën helemaal glad afgesleten zijn: bezoekers wrijven daar over opdat ze zelf van hun knieproblemen afkomen, een kwaal waar velen hier last van hebben. Met al die enorme klimpartijen verbaast ons dat niet en stiekem wrijven we vandaag nu zelf ook over een van de beelden.
De entree en de grot zelf ook is een bijzondere plek. Zoveel beelden bij elkaar zou kitscherig kunnen over komen maar de plek midden in de grot straalt toch een zekere sereniteit uit. De oudste stoepa in het midden zou uit de 12e eeuw dateren, een aantal andere beelden uit de 17e en 18e eeuw waardoor het geheel toch wel geheimzinnig aandoet. Het is er bovendien erg rustig, er zijn maar een paar bezoekers, wat een verschil met de Popaberg van gisteren. 

We mogen even uitstappen bij een werkplaats voor pajoengs, een echt familiebedrijf dat al 4 generaties bestaat. We krijgen een demonstratie van het papier maken, er wordt eerst een soort papje gemaakt van schaafsel van de moerbeiboom. Dat ligt vervolgens 8 uur in het water, het wordt gekneed en dan wordt het fijngemaakt en in een bak gedaan. Er worden bloemetjes bij gedaan, al naar gelang het seizoen zijn er verschillende soorten. Nu bloeien de kersenbomen, evenals de kerstroos dus die worden bij de vloeibare substantie toegevoegd. Daarna wordt het in een bak gedroogd in de zon, 2 uur is genoeg om te harden zodat er grote vellen papier overblijven waarvan verschillende voorwerpen worden gemaakt. Natuurlijk de paraplu’s of parasols, ze zijn waterdicht gemaakt met petroleum, maar ook lampenkampen, tasjes, waaiers etc. We kopen wat kleine souvenirs en krijgen tenslotte als dank nog heerlijke thee met zelfgemaakte snacks zoal bananencake.

Het is nog vroeg in de middag als we aankomen in Nyaungshwe, een dorpje dicht bij het Inle Lake, een van de meest bekende plekken van Myanmar. We hebben dus een hele middag ‘vrij’ die we gebruiken met slenteren, eten en luieren, iets waar we de afgelopen dagen nog niet echt aan toegekomen waren.

Om 19.00 bezoeken we de marionettenvoorstelling (yok-thei) van Mr. Aung die op deze manier probeert een oude Birmaanse traditie uit de 18e en 19e eeuw levend te houden. Inmiddels is hij al de 4e generatie van zijn familie die poppenspeler is. Daarnaast maken ze ook poppen, bedenken de verhaaltjes en de dansen die opgevoerd worden met bijbehorende muziek.
Tegenwoordig komt de Birmaan niet meer kijken en wordt het nog slechts voor toeristen opgevoerd. Sommige poppen van Mr. Aung zijn al 100 jaar oud, nog door zijn overgrootvader gemaakt. Na de voorstelling die maar 30 minuten duurt (en waarna hij buiten adem is, zoveel energie kost het) mogen wij ook nog even een van de poppen vasthouden, ze zijn behoorlijk zwaar, zo’n 2 kilo. Er zitten 12 tot 60 touwen aan waardoor de poppen heel beweeglijk en expressief zijn. Vooral het paard is echt kunstig gemaakt en zijn bewegingen lijken ons heel ingewikkeld. Al met al een vermakelijk einde van een relaxte dag! 
 

Dag 10  Woensdag 8 januari 

De ochtendnevel hangt nog over het water.

We worden om 08.00 door de motortaxi (tuktuk) van ons hotel opgehaald om naar de aanlegsteiger te gaan waar de bootjes liggen voor het Inlemeer. Met 116 km2 is dit zoetwatermeer het op een na grootste van Myanmar: maar liefst 22 kilometer lang. Het ligt op bijna 900 meter en wordt geheel omringd door bergen en hoort sinds 2015 tot beschermd natuurgebied, uitgeroepen door de Verenigde Naties. 
Bovenal is het een prachtige pittoreske plek die vele iconische plaatjes oplevert: de beroemde vissers met de kegelvormige netten. Het is nog vroeg op de dag en de mist is nog niet helemaal weggetrokken als wij het meer opvaren waardoor alles een geheimzinnige uitstraling krijgt. De vissers staan met 1 been te balanceren met hun net en peddel, wonderlijk zoals zij zich kunnen voortbewegen op zo’n smal en wankel bootje. 
Deze omgeving wordt in reisgidsen vaak aangeduid als een van de meest authentieke plekken van Myanmar, de bevolking (Intha) leeft zoals ze generaties lang al leven, op traditionele wijze in hun huisjes op palen met drijvende tuinen waar bloemen en groenten worden verbouwd.
Inmiddels zijn er hier een aantal bloeiende zaken te vinden zoals een lotuszijde-handelaar die voor een sjaal maar liefst 200 dollar durft te vragen terwijl je een paar meter verderop maar liefst een echte houten, handgemaakte boot kunt kopen voor 1500 dollar. De keus lijkt ons snel gemaakt, als we hier zouden wonen zouden we zeker voor zo’n prachtig bootje gaan! 
Bij zo’n tour horen altijd de verplichte ateliertjes die je moet aandoen, behalve de lotuszijde zien we ook een zilversmid en een botenmaker. Midden op het water staat een houten klooster en uiteraard zijn er genoeg tempels te vinden in het gebied. 

Erg leuk vinden wij het dorpje In Dein waar een lokale markt gehouden wordt. Bevolking doet hier zijn dagelijkse inkopen zoals groenten en aardappels maar ook prachtig gekleurde longyi’s ( de lokale sarongs) die hier nog door zowel man als vrouw gedragen worden. De vrouwen hebben ook hun haren geheel in sjaals gewikkeld, zo kunnen ze makkelijk hun boodschappen of koopwaar bovenop hun hoofd plaatsen. 
Behalve de markt is de grote attractie hier de tempelruïne, een verstilde plek waar je over overwoekerde stoepa’s struikelt, waar ook de bomen helemaal vergroeid zijn, net als in Angkor Wat. We voelen ons even een soort Indiana Jones en verwachten elk moment dat er slangen of andere enge dieren achter een tempeltje vandaan komen.  

Als we terug varen zijn er nog wel vissers op het meer te zien maar ze hebben hun netten opgeruimd, ze zijn klaar met vissen en gaan terug naar huis. Met de zon in de rug genieten we van het natuurschoon en zijn het erover eens dat dit voor ons echt een hoogtepunt van onze Myanmarreis is geworden! 

Foto’s

3 Reacties

  1. Géke Boers:
    8 januari 2020
    Geweldig al dit mooie
  2. Mildred Rijneker:
    8 januari 2020
    Mooie verhalen hoor
  3. Marion:
    8 januari 2020
    Wat een prachtige reis!