Osuna en Sétenil de las Bodegas.

11 januari 2023 - Benalmádena, Spanje

Dag 3  Maandag 9 januari

We starten de dag met een echt Spaans ontbijtje (tostado met gepureerde tomaat,  olijfolie en wat jamon serrano) op een terrasje om de hoek. De accommodatie is supermooi maar verzorgt geen ontbijten; dit is gelukkig geen probleem want we worden omringd door cafeetjes waar men (voornamelijk zoet) ontbijten kan. 
Zo rustig als het gisteren was, zo druk is het vanochtend al vroeg in de straatjes. De grote rijen staan trouwens voor de zaakjes waar ze loten verkopen en waar men ook zijn prijs kan innen.  
Op maandag zijn de meeste monumenten en musea gesloten maar we kunnen wel een kijkje nemen in een van de vroegere stadspaleizen, het Palacio de Peñaflor. Ook de Santa Mariakerk is nu geopend dus daar lopen we ook naar binnen om verrast te worden door de weelderigheid van het interieur. Er staan levensechte beelden, veel zilveren voorwerpen en muren zijn voor een deel bedekt met de prachtige azulejos.  
De Kerstperiode is net voorbij, in deze kerk staan de beelden voor de Heilige Week, Semana Santa, al opgesteld. Dit is een van de kerken van waaruit de processies zullen vertrekken. 

Het grote feest hier blijft de Semana Santa.

We zetten onze reis voort, we gaan naar Osuna, een ander pareltje in Andalousië en nog redelijk onbekend bij de grote groepen toeristen. De reden om hier naar toe te gaan is de Calle (=straat) San Pedro die afgelopen december door Unesco is uitgeroepen tot mooiste straat in Europa. ‘A walk through the 18th century’, aldus de organisatie en dat is ook zo. Fraai gerestaureerde herenhuizen en paleizen in Andalusische barokstijl vormen deze straat in het kleine stadje van 17.000 inwoners.

Calle San Pedro, mooiste straat van Spanje?

De Romeinen noemden de stad ‘Urso', naar de beren die ze in die tijd daar uitzetten en dat is in het Spaanse verbasterd tot ‘oso’. 
De hertogen van Osuna behoorden in de 16e eeuw tot de machtigste adel van Spanje en gaf Osuna een vooraanstaande positie. Zij en andere adellijke families bouwden hier hun paleizen waardoor Osuna tot een mooi stadje boordevol monumentale gebouwen is uitgegroeid. 
Er zijn kloosters, kerken en fraaie huizen met geweldige entrees. Ze hebben allemaal een ruime hal, betegeld met de typische Azulejos, dan een hekwerk en daarachter weer een patio. We kijken overal even naar binnen, veel deuren staan half geopend. 
Osuna wordt gelukkig nog niet overspoeld door buitenlandse toeristen, integendeel, iedereen bekijkt ons nieuwsgierig vanaf de terrassen alsof we een bezienswaardigheid zijn. Schoolmeisjes begroeten ons jolig in het Engels, het is duidelijk dat er hier in elk geval in de winter geen toeristen zijn.  
De kerstverlichting brandt sinds gisterenavond niet meer maar overal is nog wel de versiering aanwezig evenals de kerstbomen. Er brandt bovendien ook andere feestverlichting want morgen en overmorgen worden hier de patroonsfeesten gevierd van San Arcadio. Dat verklaart de gezellige drukte hier in het centrum. 
 

Dag 4 Dinsdag 10 januari

Het is vanochtend kil en vochtig als we naar buiten lopen, er hangt een dikke mist om ons heen. Toch rijden we even naar de top van Osuna waar een prachtig klooster en de oude Universiteit staan. Ook al is er nu dus geen uitzicht, het is toch bijzonder om even de universiteit binnen te lopen. Gesticht in de 16e eeuw onder de officiële naam College-Universiteit van de Onbevlekte Ontvangenis van Osuna, tegenwoordig heet het Escuela Universitaria waar verscheidene studierichtingen zijn ondergebracht. 

Patio van de Universiteit.

Een bezoek aan het Klooster van de Encarnación lijkt ons ook interessant maar het kan alleen met een rondleiding door een kloosterzuster op vaste tijden. In dit geval zal de 1e mogelijkheid om 11.15 zijn, dat is nog 50 minuten wachten dus we besluiten om dat niet te doen. 

We verlaten Osuna en gaan op weg naar Sétenil  de las Bodegas, een uniek dorpje net ten noorden van Ronda, gelegen langs de route van de witte dorpen en inmiddels op de lijst van Spanje’s mooiste ‘pueblos’. Ook vandaag is het weer een prachtige rit door beeldig groen landschap wat we eigenlijk alleen van het noorden van het land kennen.

Prachtige uitzichten onderweg.

Bij aankomst wordt men direct een ondergrondse parkeergarage ingeleid, erg handig want je moet er niet aan denken dat alle toeristen door die nauwe straatjes zouden rijden. 
De rotsen bepalen hier het straatbeeld, de hoofdattracties zijn 2 straten, de Cueva del Sol (in de zon) en de Cueva del Sombre (altijd in de schaduw). 

Cueva del Sombre. ‘Waar de hemel van rots is ‘ (gedicht Gerardo Diego).

Ze zijn beide gebouwd onder de rotsen en worden van elkaar gescheiden door de rivier Guadalporcún; Guadal is de Spaanse verbastering van het Arabische Al-Wadi wat ‘rivier’ betekent. Tegenwoordig zijn er veel restaurantjes gevestigd dankzij de grote groepen toeristen die dit dorp aandoen. Ook wij strijken op een zonnig terras neer en nemen er een lichte lunch. 
Van hieruit gaan we terug naar de kust, een stukje Andalousië wat we ook nog niet kennen. De temperaturen zijn er aanzienlijk hoger, het scheelt toch wel behoorlijk wat graden met de hooggelegen plekken in de bergen. Vanaf ons balkon op de 10e verdieping genieten we tenslotte van een mooie zonsondergang, heerlijke afsluiting van wéér een mooie dag. 

Foto’s